Inzichten in de hemato-oncologische zorg tijdens het COVID-19-tijdperk

De COVID-19-pandemie heeft ervoor gezorgd dat de zorg zich met name tijdens de eerste golf snel heeft moeten aanpassen. Hierbij werd alles in het werk gesteld om de ziekenhuizen, en dan met name de intensive care-afdelingen, te ontlasten. Maar welke impact heeft dit gehad op de diagnostiek en behandeling van patiënten met een hemato-oncologische aandoening en wat is nu de achterstand in de hemato-oncologische zorg? Welke lessen zijn er geleerd uit de eerste COVID- 19-golf? Op deze en andere vragen werd ingegaan tijdens het webinar getiteld ‘Hemato- oncologische zorg in het COVID19-tijdperk – wat hebben we geleerd?’

Onder leiding van Inge Diepman besprak een panel van experts wat de lessen waren uit de eerste en ook de tweede golf wat betreft de diagnostiek, behandeling en communicatie van patiënten met een hemato-oncologische aandoening. Diepman sprak hierover met dr. Avinash Dinmohamed (postdoctoraal onderzoeker bij IKNL), dr. Eva de Jongh (internist-hematoloog in het Albert Schweitzer ziekenhuis), Jan Mol (bestuurslid bij Hematon), dr. Lidwien Tick (internist-hematoloog in het Máxima MC en aanwezig namens de NVVH) en dr. Jarom Heijmans (internist-hematoloog in het Amsterdam UMC, aanwezig namens de Hovon).

Minder diagnoses

Allereerst gingen de panelleden in op onderzoek van het Integraal Kankercentrum Nederland naar het aantal hemato-oncologische diagnoses in de eerste weken van de pandemie. In maart 2020, ten tijde van het ingaan van de afstandsmaatregelen en het stopzetten van de bevolkingsonderzoeken naar kanker, was een flinke daling te zien van het aantal nieuwe diagnoses, tot wel ongeveer 75% van het aantal diagnoses ten opzichte van de periode daarvoor.1 Dit leek zich te herstellen tijdens de zomermaanden en de tweede golf heeft uiteindelijk niet nogmaals geleid tot een daling van het aantal diagnoses.2 De panelleden spraken hierbij zelfs al voorzichtig van een inhaalslag.

Ook werd er in het webinar besproken welke de impact de eerste golf had op patiënten met kanker en hoe zij de zorg tijdens die eerste golf ervaren hebben. Hierbij bleek dat voor bijna 50% van de

patiënten de pandemie gevolgen had voor hun behandeling of nacontrole.3 Zo werd in veel gevallen de afspraak omgezet naar een telefonisch consult of werd de afspraak verplaatst, afgezegd of uitgesteld. Wel waren patiënten over het algemeen tevreden over hun telefonische afspraak en vonden zij dat de arts of verpleegkundige voldoende tijd nam.4

Beste behandeling

Er blijven echter een aantal onduidelijkheden bestaan, zo bleek tijdens het webinar. Hoewel er nu meer bekend is over de risicofactoren voor hemato-oncologische patiënten die COVID-19 krijgen, is nog niet bekend wat de beste behandeling is voor deze patiënten. Er ligt wel een duidelijk advies van de Nederlandse Vereniging voor Hematologie ten aanzien van het vaccineren van immuungecompromitteerde patiënten: doen.

Belangrijke lessen hadden volgens de panelleden ook te maken met de logistiek van de patiëntenzorg. Inmiddels is een systeem opgezet waarmee de reguliere hemato-oncologische zorg zoveel mogelijk doorgang kan vinden, ook voor nieuwe patiënten. Tevens blijkt nu dat patiënten in veel gevallen prima op afstand begeleid kunnen worden, aldus de panelleden.

Het webinar ‘Hemato-oncologische zorg in het COVID19-tijdperk – wat hebben we geleerd?’ is te bekijken via MEDtalks: https://www.medtalks.nl/oncologischezorg-covid19.

Referenties

  1. Dinmohamed AG, et al. Lancet Oncol 2020;21:750-751.
  2. https://iknl.nl/covid-19. Geraadpleegd februari 2021.
  3. https://nfk.nl/media/1/Downloads/200429-DJE-corona_eindrapportage_finale-versie.pdf. Geraadpleegd februari 2021.
  4. https://nfk.nl/media/1/Downloads/201210-DJE-corona-II_rapportage_finaal.pdf. Geraadpleegd februari 2021.

Volgende artikel

Teleconsult

Spelmechanisme voor het verbeteren van gezondheid

Spelen is een taal waarmee de mens wordt geboren. Het zit in ons. Noem het instinct, noem het intuïtie. Spelen is leuk, het is nuttig want het leert ons reageren op veranderende situaties en het ontwikkelen van aanpassingsvermogen. Daar komt bij dat we intrinsiek gemotiveerd zijn om spelletjes te spelen. Gewoon omdat we het leuk vinden omdat we onszelf belonen met dopamine die tijdens het spelen vrijkomt. Jurriaan van Rijswijk is Applied Game Architect en medeoprichter van Games for Health: “Wij zetten het spelmechanisme bij mensen ‘aan’ voor het verbeteren van hun gezondheid. En het liefst op grote schaal, want de behaalde resultaten tot dusver zijn veelbelovend.”

Jurriaan begon 20 jaar geleden met entertainment- en onlinegames totdat hij in 2007 betrokken raakte bij het ontwikkelen van een spel voor kinderen met kanker. Met dit spel leerden kinderen spelenderwijs hun medicijnen in te nemen, voldoende te bewegen en gezond te eten. “Het was een succes en gaf mij het inzicht dat games ontwikkelen niet alleen financieel lucratief kan zijn maar dat je er ook gezondheidswinst mee kunt boeken voor de speler zelf. Geweldig! Samen met mijn vrouw Sandra hebben we stichting Games for Health Europe en het bedrijf Games for Health opgericht. Dat is de ontplofte hobby waarin we nu leven. Samen met een team enthousiaste game-ontwikkelaars, designers, zorgprofessionals, technologieliefhebbers en ik als chaos-officer, ontwikkelen we spelstrategieën en ontwerpen toegepaste spellen voor gedragsverandering. Dat doen we voor zorgverleners, voor patiënten met chronische ziekten, mentale en emotionele gezondheidstherapieën, leefstijlinterventies en revalidatie. Inmiddels hebben we 100 spellen ontwikkeld waarmee we verschillende prijzen hebben gewonnen. En ook niet onbelangrijk, veel spellen zijn klinisch en wetenschappelijk gevalideerd. Maar we zijn er nog niet: het is ons steven om de komende jaren 1 miljard mensen te bereiken. Ja hoor: ‘we are on a mission’.”

Wij zetten het spelmechanisme bij mensen ‘aan’ voor het verbeteren van hun gezondheid

Jurriaan: “We werken met verschillende partners samen. Dan kun je denken aan Topklinische Centra, farmaceuten, zorgverzekeraars, gespecialiseerde GGZ en de GGD. Met onze stichting organiseren we ieder jaar het Games for Health Europe Congres. Hier worden onderzoeksresultaten en een agenda voor de toekomst gedeeld met het netwerk van 35.000 professionals.”

Van Lekker Puh! tot Kwis’it

Stilzitten zit Jurriaan niet in het bloed. Tijdens het gesprek zet hij graag een stapje extra om verschillende spellen te laten zien. Zoals de game Lekker Puh!, dat de uitspraak van kinderen met Schisis verbetert. De puzzel Stall Catchers waarmee het onderzoek naar Alzheimer in een versnelling komt. Of de handige app Medi&Seintje die op een speelse manier mensen herinnert hun medicijnen in te nemen. Jurriaan: “Het zijn niet alleen digitale games. Dit is bijvoorbeeld een ‘ouderwets’ bordspel: Kwist’it. Door het te spelen met je vader of moeder, opa of oma wordt er op een vertrouwde manier informatie verzameld die essentieel is voor persoonsgerichte zorg bij opname in een verpleeghuis. En dit? Dit is het digitale dagboek Post-IC dat helpt bij een sneller herstel na een ingrijpende ic-opname.”

Puzzelen tegen lymfklierkanker

“Voor mensen met lymfklierkanker hebben we het spel UNMASK ontwikkeld’, gaat Jurriaan enthousiast verder. “Door het spelen van dit spel word je een superheld en strijd je mee in het gevecht tegen lymfeklierkanker. Al gamend help je wetenschappers om complexe puzzels op te lossen die zij bij hun onderzoeken tegenkomen. Deze game gaat ervoor zorgen dat de oplossing van het onderzoek – een vaccin tegen lymfeklierkanker – veel sneller gevonden wordt.”

Al gamend help je wetenschappers om complexe puzzels op te lossen die zij bij hun onderzoeken tegenkomen

“Ik denk dat de meeste winst te halen is daar waar zorg wordt ingezet waar het feitelijk niet nodig is”, besluit Jurriaan. “Dat is vaak het geval bij chronische zorg. Denk aan medicatiebewaking, gezonde voeding en voldoende bewegen. Zorg, therapie, oefeningen en begeleiding kunnen efficiënter, leuker, goedkoper en positiever. In het kader van de bekende patient journey, zouden wij als bedrijf graag een soort patiënten-reisbureau willen zijn. Met de ervaring, kennis en spellen die Games for Health heeft, kunnen wij voor menig ‘reiziger’ een aangename reis verzorgen.”

Games for Health

Vonderweg 1
5611 BK Eindhoven
T.: +31 6 811 505 78
E.: info@gfheu.org www.seriousgaming.nl

Referenties

  1. Tekst: Cai Vosbeek
  2. Fotografie:

Volgende artikel

Inzichten in de hemato-oncologische zorg tijdens het COVID-19-tijdperk

Teleconsult

Door COVID-19 is het virtuele consult versneld ingevoerd en vanuit veel instellingen zijn hierover positieve artikelen in diverse media verschenen. Hier vindt u een selectie van de belangrijkste artikelen over dit onderwerp.

Federatie Medisch Specialisten

Op de website van de Federatie Medisch Specialisten is veel informatie beschikbaar over digitale zorg.

Uit een onderzoek van de federatie Medisch Specialisten onder 800 medisch specialisten werkzaam in onder andere algemene en universitaire ziekenhuizen, ggz-instellingen en zelfstandige klinieken blijkt dat 90% van de medisch specialisten tijdens de Covid-19 crisis digitale zorg heeft geleverd en blijft 70% van hen digitale zorg ook na de crisis inzetten zij het minder dan tijdens de crisis.

Telefonisch consult en beeldbellen maar ook digitaal multidisciplinair overleg en overleg met de huisarts zijn populair en dragen bij aan de beweging “Juiste zorg op de juiste plek”. Een beweging waarmee de partners van het Hoofdlijnenakkoord (ziekenhuizen, zorgverzekeraars, VWS, Patiëntenfederatie Nederland, V&VN en de Federatie) de zorg willen herorganiseren.

In de factsheet Vergelijking fysieke consulten en consulten op afstand worden de voor- en nadelen van een consult op afstand uiteengezet en is een overzicht opgenomen van de verschillen en overeenkomsten tussen fysieke consulten en e-consulten.

In de factsheet Registreerbare zorgactiviteiten is te vinden welke vormen van digitale zorg geregistreerd kunnen worden middels een dbc waaronder virtueel consult, telemonitoring, zorg thuis en het extra lange consult om samen met de patiënt te beslissen over een passende behandeling.

Bron: www.demedischspecialist.nl

Kamerbrief minister van Ark

Minister Van Ark voor Medische Zorg en Sport staat in haar brief aan de kamer van 1 december 2020 uitgebreid stil bij de acties die zijn ingezet om succesvolle initiatieven op het gebied van digitale zorg op te schalen vooral gericht op telemonitoring en e-consulten. Naast een pleidooi voor organisatorische implementatie van innovatie, samenwerking en (regionale) bundeling van krachten worden ook instrumenten genoemd die ‘het opnieuw uitvinden van het wiel moeten voorkomen’ zoals o.a. de handreiking Digitale Zorgtoepassingen voor patiëntgerichte COPD zorg, een landelijk toetsingskader voor gezondheidsapps, de Taskforce Digitale zorg annex Kenniscentrum en de Vliegwielcoalitie. Lees hier de kamerbrief …..

Prof. dr. M. Schijven over videoconsultatie

Van prof. dr. M. Schijven, hoogleraar Chirurgie en deskundige op het gebied van e-health van Amsterdam UMC, bij VWS aangesteld tot Chief

Medical Information Officer, zijn verschillende interessante publicaties verschenen over videoconsultatie.

In ‘Coping with COVID-19: scaling up virtual care to standard practice’ wordt een roadmap gepresenteerd voor het succesvol binnen vier werkdagen implementeren van videoconsulten op de polikliniek.

In ‘Comparing video consultation and telephone consultation at the outpatient clinic of a tertiary referral centre: patient and provider benefits’ zijn de voorkeuren van patiënten ten aanzien van videoconsult of teleconsult onderzocht.

Volgende artikel

Best practices

Best practices

Juiste zorg op de juiste plek is een beweging waarmee de partners van het Hoofdlijnenakkoord (ziekenhuizen, zorgverzekeraars, VWS, Patiëntenfederatie Nederland, V&VN en de Federatie) de zorg willen herorganiseren zodat de zorg ook in de toekomst goed, toegankelijk, innovatief en betaalbaar blijft. Hierbij gaat het met name om de zorg zo dichtbij mogelijk bij de patiënt aan te bieden: dichtbij waar dat kan en verder weg als dat nodig is.

Door COVID-19 zijn de ontwikkelingen versneld van het aanbieden van zorg dicht bij de patiënt en digitale zorg daar waar fysieke zorg niet goed mogelijk is.

Hieronder vindt u een greep uit de best practices:

OLVG: digitale zorg thuis

Door gebruik te maken van technologie kan het OLVG haar zorg en dienstverlening nog beter afstemmen op de behoefte van de patiënten en op het juiste moment de juiste zorg verlenen.

Voor diverse aandoeningen kent het OLVG digitale coaches of monitor apps. Één daarvan is de Onco Monitor die oncologie patiënten tijdens hun chemokuur bijstaat. Bij twijfels of vragen kunnen patiënten op een laagdrempelige manier online, digitaal, contact opnemen met de zorgverleners.

Verpleegkundig specialist Lotte Meulenbeek: ‘Door nu een deel van de monitoring online en telefonisch te doen, komen we tegemoet aan de behoefte van onze patiënten. Helemaal in deze coronatijd is het prettig voor patiënten dat ze thuis kunnen blijven als dat kan, en alleen hoeven te komen als dat écht nodig is.’

Sint Maartenskliniek: digital human apotheker begeleidt reumapatiënten 24/7

In de Sint Maartenskliniek is een pilot gestart met een digital, door kunstmatige intelligentie (AI) aangedreven, humane apotheker die menselijke gesprekken kan voeren door te horen, te begrijpen en te reageren. Ze heeft een vriendelijke stem en gezichtsuitdrukking en gebruikt emotie in de communicatie. Deze apotheker is 365 dagen per jaar 24/7 beschikbaar voor vragen en antwoorden en een bijkomend voordeel is dat gesproken woord meestal beter overkomt dan geschreven tekst. Op deze manier kan de apotheker op een efficiënte manier gedurende het hele jaar farmaceutische zorg verlenen aan elke patiënt. Bovendien kunnen de gegevens over het gebruik van de digitale apotheker nieuwe inzichten geven die weer kunnen leiden tot verbetering van de zorg.

LUMC: regionale oncologische zorg dicht bij de patiënt

In het streven om zorg dichterbij de patiënt te brengen heeft het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC) samen met Marente op 1 oktober 2020 een externe locatie geopend voor oncologische dagbehandelingen in Katwijk. In de toekomst wordt deze werkwijze ondersteund met digitale middelen zoals thuismeetinstrumenten en een app om klachten door te geven. Wouter Dannenberg, manager zorg in het LUMC: “Uit eerdere patiëntenevaluaties weten we dat patiënten dit erg waarderen. Het is kleinschaliger en het contact met de verpleegkundigen is laagdrempelig.”

Spaarne gasthuis: chemotherapie dichter bij huis

In Zuid-Kennemerland en Haarlemmermeer werken thuiszorgorganisaties Amstelring Wijkzorg en Zorgbalans samen met het Spaarne Gasthuis en Zilveren Kruis. De zorg voor patiënten met kanker wordt naar huis verplaatst. Onder verantwoordelijkheid van de oncologen van het Spaarne Gasthuis nemen de thuisorganisaties de behandelingen over. “Hierdoor hoeven patiënten minder naar het

ziekenhuis. Ook ontzorgen we zo gezamenlijk mantelzorgers,” aldus Jitske Jansen, afdelingshoofd Oncologie centrum Spaarne Gasthuis.

St Jansdal: behandeling oncologische patiënten thuis

Een pilot waarbij Icare en St Jansdal samenwerken maakt het mogelijk dat patiënten een aantal oncologische onderhoudsbehandelingen thuis toegediend kunnen krijgen. Het voordeel voor de patiënten is dat zij niet meer naar het ziekenhuis hoeven om een infuus te krijgen. Nu komen zij hiervoor ongeveer eens per drie weken naar de chemo-unit van het St Jansdal. Jan Willem Trouwborst, teamleider verpleegafdeling St Jansdal: “Een behandeling in het ziekenhuis is voor veel patiënten intensief. Veel patiënten zijn langdurig in behandeling. Dat heeft mentaal en fysiek veel impact. Deze groep mensen wordt nu een bezoek aan het ziekenhuis bespaard. De eerste patiënten geven aan heel tevreden te zijn met deze mogelijkheid.” De veiligheids- en kwaliteitseisen waar het ziekenhuis aan moet voldoen, gelden ook voor de behandeling thuis. De oncoloog blijft hoofdbehandelaar.

Meer voorbeelden van de juiste zorg op de juiste plek zijn hier te vinden.

Volgende artikel

Spelmechanisme voor het verbeteren van gezondheid

Blood cancer awareness blijft van belang

In 2010 werd september uitgeroepen tot Blood Cancer Awareness Month, mede door belangenorganisaties als de Leukemia and Lymphoma Society (LLS) en de Lymphoma Research Foundation (LRF). Het idee hierachter is mensen bewust te maken van de verschillende vormen van bloedkanker en de impact die deze aandoeningen hebben op patiënten, zorgprofessionals, mantelzorgers en belangenbehartigers.

blood cancer awareness

Diagnose bloedkanker

Het afgelopen jaar werden wereldwijd meer dan 900.000 mensen gediagnosticeerd met een vorm van bloedkanker.1 Hieronder vallen bijvoorbeeld de verschillende vormen van leukemie, lymfomen, multipel myeloom en myelodysplastische syndromen.

Vergroten van de kennis en aandacht

De meest voorkomende vorm van bloedkanker in Europa is het non-hodgkinlymfoom. Het gaat om bijna 3% van alle patiënten bij wie een vorm van kanker gediagnosticeerd wordt. Het multipel myeloom staat in deze ranglijst na leukemie (2,4%) op de derde plek (1,2%) van meest voorkomende vormen van bloedkanker.2 Dat het vergroten van de kennis en aandacht voor deze aandoeningen nodig is, toont een recent onderzoek dat in het Verenigd Koninkrijk uitgevoerd werd onder patiënten met kanker. Hieruit bleek dat tot wel 28% van de patiënten met bloedkanker drie of meer keer met hun klachten een huisarts bezochten voor ze naar een specialist werden doorverwezen.3,4 Er is ruimte voor verbetering. Bij het publiek is er nog te weinig bekend over de klachten en symptomen die kunnen optreden bij bloedkanker. Meer dan een derde van de patiënten met bloedkanker had minstens één symptoom dat kon wijzen op bloedkanker, maar ging daarmee niet naar de huisarts.5 Van de mensen die wel met symptomen naar de huisarts gingen, deed slechts ongeveer een kwart dat binnen een maand; tien procent wachtte meer dan zes maanden voor zij de huisarts bezochten!

Takeda #kominbeweging campagne

Ook Takeda zet zich in voor patiënten met bloedkanker en zoekt naar behandelmogelijkheden die inspringen op hun behoeftes. Ook kijken we naar verbeterpunten in de zorg voor patiënten met bloedkanker. Zo hebben we afgelopen zomer een grote survey uitgerold onder de #kominbeweging campagne waar meer dan 150 patiënten met multipel myeloom aan hebben meegedaan. De resultaten van deze survey worden later deze maand bekend gemaakt. En zo blijven we het bewustzijn voor bloedkanker vergroten!

lees hier artikel over behandelen op afstand

Referenties

  1. Worldwide cancer data. World Cancer Research Fund. https://www.wcrf.org/dietandcancer/cancer-trends/worldwide-cancer-data. Published August 6, 2018. Accessed September 1, 2020.
  2. Ferlay J, Colombet M, Soerjomataram I, et al. Cancer incidence and mortality patterns in Europe: Estimates for 40 countries and 25 major cancers in 2018. Eur J Cancer 2018;103:356-387.
  3. Blood cancer diagnoses continue to lag behind other cancers. Bloodwise. https://bloodwise.org.uk/blog/blood-cancer-diagnoses-continue-lag-behind-other-cancers. Published September 6, 2019. Accessed September 1, 2020.
  4. National reports. https://www.ncpes.co.uk/2018-national-results/. Accessed September 1, 2020.
  5. Over a third of people dismiss possible signs of blood cancer. Bloodwise. https://bloodwise.org.uk/blog/over-third-people-dismiss-possible-signs-blood-cancer. Published August 27, 2019. Accessed September 1, 2020.

Volgende artikel

Deskundigen aan het woord over voorlichting patiënten: Prof.dr. Harry van de Wiel en Dr. Jan Wouda

Deskundigen aan het woord over voorlichting patiënten: Prof.dr. Harry van de Wiel en Dr. Jan Wouda

Maximale toenadering met behoud van distantie: voorlichting aan patiënten op afstand.  

prof.dr. van der WielProf.dr. Harry van de Wiel en Dr. Jan  Wouda, Wenckebach Instituut voor Onderwijs en Opleiden, UMCG 

26 mei 2020 

De oude medische wijsheid ‘Maximale toenadering met behoud van distantie’ (Rümke, 1954 heeft in deze coronatijden niets aan betekenis verloren. Integendeel, want de bedoelde balans betreft nu niet alleen heoorspronkelijk-beoogde mentale vlak, maar moet nu ook in fysieke zin worden gedachtNu de anderhalvemetermaatschappij haar intrede heeft gedaanmoeten artsen een deel van hun gebruikelijke facetoface contacten vervangen door teleconsultenIn diagnostische zin was daar al de nodige ervaring mee, maar deze hulpverlening op afstand zal zich ook steeds meer in het domein van de voorlichting gaan manifesteren. In deze bijdrage bespreken we de uitdagingen voor artsen die daarmee gepaard gaan.

Aanleiding

Teleconsultatie is geen nieuw fenomeen. Veel uitslaggesprekken en andere vormen van voorlichting vinden al op afstand plaats. Dat was in het begin even wennen, zeker voor de wat oudere patiënten. Echter, vooral voor patiënten met beperkte mobiliteit bleek teleconsultatie een uitkomst. Ook patiënten met ernstige verminkingen of andere stigmata lijken enthousiast over deze vervanging van mobiliteit door connectiviteit. Lijken want de empirische onderbouwing van dit optimisme ontbreekt vooralsnog. Technologisch zijn de ontwikkelingen echter onmiskenbaar snel gegaan, recent nog extra door de Covid19-crisis. Inmiddels is het contact via een internet-videoverbinding voor velen in de zorg beschikbaar en vertrouwd.

Zoals velen inmiddels uit eigen ervaring kunnen bevestigen, kent teleconsultatie ook de nodige beperkingen. Er treedt immers altijd enig informatieverlies op bij  communicatie via een hulpmiddel, zoals een videoverbinding via internet. In deze bijdrage bespreken we de uitdagingen waar voorlichting via dit soort videoverbindingen artsen voor plaatst. We gaan daartoe eerst in op enkele principes van communicatie en de reductie van informatie ten gevolge van het gebruik van een videoverbinding. Vervolgens kijken we naar het effect van teleconsultatie op uw voorlichting en geven we u enkele aanwijzingen om ondanks de beperkingen uw voorlichting op afstand succesvol te laten verlopen. In deze bijdrage gaan we er van uit dat de voorlichting op afstand plaatsvindt in een vervolgconsult, waarbij u de patiënt al eerder in den lijve heeft gezien.

Communicatiekanalen

Door middel van communicatie wisselen mensen onderling informatie uit. Nu heeft de uitgewisselde informatie de eigenschap dat ze staat voor iets anders. Het is symbolische informatie. Als een arts met een patiënt een behandeling bespreekt, dan zijn de woorden waarmee hij de gang van zaken uitlegt, niet de behandeling zelf maar slechts een beeld daarvan. Op grond van dit opgeroepen beeld maakt de patiënt zich een eigen voorstelling van de gang van zaken. Dit beeld zal in meer of mindere mate afwijken van het beeld dat de arts zelf heeft, omdat de arts en de patiënt de symbolische informatie interpreteren vanuit hun eigen referentiekader. In het algemeen gaan we er echter van uit dat de betekenis van de symbolische informatie voor iedereen min of meer hetzelfde is. Zo niet, dan zou de onderlinge communicatie erg moeizaam verlopen. U zou dan bij alles wat u zegt, uitvoerig moeten uitleggen wat u precies bedoelt. Communicatie wordt daarom ook wel gedefinieerd als het scheppen van gemeenschappelijke betekenis.

De symbolische informatie kan worden overgedragen via verschillende communicatiekanalen. In een gesprek communiceert u direct met iemand en gebruikt u zowel visuele als auditieve informatieoverdracht. Smaak, geur en aanraking kunnen eveneens als communicatiekanaal worden gebruikt. In een gesprek is de communicatie over het algemeen ook tweezijdig en interactief. De gesprekspartners reageren op elkaar, ze hebben ieder hun inbreng en ze vervullen om en om de rol van zender en ontvanger.

Veel van onze communicatie vindt inmiddels plaats met behulp van hulpmiddelen (media). We gebruiken smartphones en computers met internetaansluiting, we lezen boeken en kranten en we kijken naar de televisie. Deze indirecte communicatie met behulp van media (remedieerde communicatie) beperkt zich tot één of twee communicatiekanalen (visueel en/of auditief). Bij lezen is er alleen visuele informatieoverdracht, bij telefoneren is er alleen auditieve informatieoverdracht en in een gesprek via een videoverbinding is er zowel visuele als auditieve informatieoverdracht.

Communicatieniveau’s

Met communicatie brengen we elkaar boodschappen over. Een boodschap is een afgeronde hoeveelheid informatie die van een zender naar een ontvanger gaat.  De informatie in een boodschap kan betrekking hebben op:

  • Feiten, inzichten, ervaringen en gebeurtenissen. Dit is de feitelijke informatie;
  • Gevoelens, opvattingen, wensen en verwachtingen. Dit is de expressieve of gevoelsinformatie;
  • Het beroep dat men doet op een ander om iets te doen of juist te laten. Vaak is dit beroep geformuleerd als een verzoek, een advies of een bevel. We noemen dit de appellerende of beïnvloedende informatie;
  • Het definiëren en regelen van de onderlinge betrekkingen. We spreken dan van relationele informatie.

Deze vier niveaus staan in een hiërarchische relatie tot elkaar, waarbij het relatieniveau de toppositie bekleedt. Immers, als de boodschapper niet deugt, doen zijn opvattingen, appel of feitelijke inhoud er weinig meer toe. Dat lijkt onhandig, maar mede door die niveaus en de bijbehorende hiërarchie kunnen we heel veel informatie in één boodschap  verpakken. Stel bijvoorbeeld dat een patiënt tegen zijn arts zegt: “Dokter, die pil van u heeft volstrekt niet geholpen!” In deze zin zitten verpakt:

  1. de feitelijke informatie dat het geneesmiddel de patiënt niet van de klacht heeft afgeholpen;
  2. de teleurstelling of zelfs boosheid van de patiënt (gevoelsinformatie);
  3. het appèl om een geneesmiddel te krijgen dat wel helpt;
  4. de relationele informatie dat de patiënt vindt dat de arts is tekortgeschoten in zijn hulpverlening en deskundigheid.

Feitelijk zegt de patiënt alleen maar dat het geneesmiddel niet heeft gewerkt. Deze betekenis is het inhoudsniveau van de boodschap en wordt met woorden (verbaal) overgebracht. De andere uitingen (gevoel, appèl en relatie) zijn grotendeels verpakt in de manier waarop de boodschap naar voren wordt gebracht. Deze aanvullende betekenis (onderstroom) blijkt deels uit de woordkeuze, maar blijkt  vooral uit de non-verbale uitingen, zoals de stemklank, gezichtsuitdrukking, bewegingen en lichaamshouding.  De onderstroom bevat vaak informatie over gevoelens die niet expliciet worden verwoord, en bevat daarnaast een ‘gebruiksaanwijzing’ hoe de inhoudelijke boodschap moet worden opgevat. We noemen deze gebruiksaanwijzing het betrekkingsniveau of de metabetekenis van de boodschap. Omdat communicatie altijd een bedoeling heeft, wordt er bij ieder bericht ook altijd zo’n gebruiksaanwijzing meegezonden. Ook als u alleen een feitelijke uitleg geeft aan een patiënt, dan wilt u daarmee iets bereiken. U wilt bijvoorbeeld dat de patiënt begrijpt hoe zijn klachten zijn ontstaan, wat er aan de klachten is te doen en welke keuzes de patiënt hierin kan maken. Soms wordt de metabetekenis wel expliciet uitgesproken, zoals het appèl om iets te doen in uitspraken als:  “Ik wil dat u… “, “U moet… “, “Probeert u eens… “, enzovoort.

De samenwerking in het gesprek zelf wordt grotendeels gecontroleerd en bijgestuurd door non-verbale uitingen, zoals oogcontact en gezichtsuitdrukking. De gesprekspartners laten elkaar zo weten wie er aan het woord mag zijn en waarover ze wel of niet willen spreken. Als de belangen sterk uiteenlopen en/of als de emoties hoog oplopen, kan deze impliciete gespreksregeling mislopen. De gespreksregeling wordt dan vaak expliciet onder woorden gebracht met een appellerende boodschap, zoals: “Nu moet u eens goed naar me luisteren!” of “Laat me nou eens uitpraten!” of “Daar wil ik het nu niet met u over hebben.” Deze expliciet uitgesproken gespreksregeling noemen we metacommunicatie. Het inhoudelijke gesprek gaat dan over het gespreksverloop zelf. Metacommunicatie is het middel bij uitstek om een gesprek weer in goede banen te leiden.

Bij het gebruik van een medium zoals een videoverbinding via internet, treedt onvermijdelijk verlies van informatie in de boodschap op. De verbale informatie blijft meestal wel intact, maar zachte (stem)geluiden en nuances in de stemklank en in de gezichtsuitdrukking vallen weg, veranderingen in de blik (ogen) zijn moeilijk te zien en te duiden en de bewegingen van de handen en andere lichaamsdelen zijn meestal helemaal niet te zien. Daardoor verdwijnt een groot deel van de non-verbale informatie en daarmee de onderstroom en het betrekkingsniveau van de boodschap. In de volgende paragrafen bespreken we de gevolgen hiervan voor uw voorlichting op afstand. Eerst staan we stil bij de voorbereiding die voorlichting op afstand vereist. Vervolgens bespreken we de aanpak van voorlichting op afstand aan de hand van een model van voorlichting dat onderscheid maakt in vier communicatieve deelcompetenties waarover een arts moet beschikken om met zijn voorlichting het beoogde resultaat te bereiken:

R = regie in het consult houden en zorgen voor een goede verstandhouding
U = uitleg geven
L = actief luisteren
O = overleggen, adviseren, houvast bieden

De bijlage bij dit artikel bevat een korte beschrijving van het voorlichtingsmodel, de vier deelcompetenties en de gespreksvaardigheden die behoren tot ieder van deze deelcompetenties. U vindt de bijlage in de PDF versie van het artikel die u hier kunt downloaden

De voorbereiding van voorlichting op afstand

In een spreekkamer kunt u vrijwel altijd ongehinderd en ongestoord met uw patiënten spreken; bij voorlichting via een videoverbinding is dat zeker niet vanzelfsprekend. In de eerste plaats kan de techniek u in de steek laten, u niet leveren wat u nodig heeft of bent u er onvoldoende bedreven in. Kunt u bijvoorbeeld een videogesprek voeren met een patiënt en tegelijk het EPD van deze patiënt op uw beeldscherm zien? Kunt u dan bovendien een website met patiëntinformatie op uw beeldscherm openen? Kortom, test vooraf wat de mogelijkheden en beperkingen zijn van uw apparatuur en software en zorg er voor dat u hier moeiteloos mee kunt omgaan. Schakel zo nodig de hulp (op afstand) van ICT deskundigen in teneinde mogelijke haperingen en teleurstellingen te voorkomen.

In de tweede plaats hebben veel patiënten geen of weinig ervaring met  teleconsultatie en staan ze er wellicht argwanend tegenover. Ga daarom vooraf na of uw patiënt beschikt over de vereiste apparatuur, overweg kan met een videoverbinding en zo nodig weet hoe te werken met een ‘split-screen’ zodat hij tijdens het videogesprek tevens de informatie op internet waarnaar u verwijst, kan bekijken. Mocht een patiënt hierin onvoldoende bedreven zijn, dan is ondersteuning vanuit uw instelling gewenst.

Een derde punt van aandacht is de setting van het gesprek en de aanwezigen.

In een gesprek op afstand heeft u geen controle over eventuele afleidingen rondom de patiënt. Vraag daarom aan uw patiënt om zich af te zonderen in een ruimte zonder afleiding, zodat hij ongestoord met u kan spreken. Zorg er uiteraard ook voor dat uzelf niet wordt gestoord tijdens het gesprek. Overleg met uw patiënt of anderen het gesprek kunnen en mogen volgen. Overweeg om van het gesprek een videoconferentie te maken waar naasten, mantelzorgers en/of een andere zorgverlener, zoals een verpleegkundige, al of niet actief aan meedoen. Deze anderen zijn dan direct geïnformeerd en kunnen na het gesprek de patiënt de benodigde steun bieden bij het nemen van beslissingen, de zelfzorg of het aanpassen van zijn leefwijze. Een actieve deelname van anderen aan het consult op afstand heeft echter als nadeel dat de communicatie moeizamer verloopt, het consult langer duurt en u als ‘voorzitter’ van het overleg meer wordt belast dan in een één-op-één gesprek.

De communicatieve uitdagingen van voorlichting op afstand

Zoals gezegd, is er bij voorlichting op afstand in het algemeen weinig verlies aan inhoudelijke informatie, maar wel verlies aan informatie in de onderstroom en op het betrekkingsniveau. Dit informatieverlies werkt naar twee kanten. U moet er enerzijds rekening mee houden in de wijze waarop u iets vertelt of voorstelt, en u moet er anderzijds op bedacht zijn dat u belangrijke informatie in de onderstroom van hetgeen de patiënt u vertelt, en dan met name informatie over zijn emoties en opvattingen, kunt missen. De algemene regel om dit gemis aan informatie te compenseren is om de onderstroom tot onderwerp van gesprek te maken. Anders gezegd:  in het gesprek op afstand expliciteert u wat u in een regulier gesprek meestal onbesproken laat.  In deze paragraaf geven we per deelcompetentie aan hoe u daarmee kunt omgaan.

Regie en verstandhouding op afstand

In een consult op afstand is er niet alleen fysieke afstand, maar ontbreken ook de gebruikelijke ‘rituelen’ die de verstandhouding met uw patiënt bestendigen, zoals een hand geven, uitnodigen in de spreekkamer,  uitnodigen om te gaan zitten, enzovoort. Als vervanging voor deze relatieversterkende handelingen, kunt u het consult op afstand beginnen met te vragen naar de ervaringen van de patiënt met gesprekken via een videoverbinding en naar zijn ideeën en verwachtingen over het consult.  Gebruik uw luistervaardigheden om eventuele twijfels over het consult te benoemen en te erkennen. Besteed ook enige aandacht aan de thuissituatie van de patiënt en erken dat het consult op afstand daarop een ongebruikelijke inbreuk is.

Na deze introductie kunt u het doel, de gespreksonderwerpen en de duur van het consult aan de orde stellen. In de meeste vervolgconsulten geeft u pas voorlichting na een korte inventarisatie van de huidige gezondheidstoestand, het beloop sinds het vorige contact en eventuele nieuwe problemen. Soms kunt u deze inventarisatie achterwege laten, zoals in een vervolgconsult waarin u de resultaten van aanvullend onderzoek en het verdere beleid direct wilt bespreken. Wees daarom duidelijk over hoe u wilt dat het consult verloopt en wat er aan de orde komt en vraag uw patiënt naar zijn wensen hierover. Wellicht heeft uw patiënt een ander idee over het doel, het verloop en de gespreksonderwerpen. Daarover zult u het dan eerst eens moeten worden.

Vanwege het ontbreken van de non-verbale gespreksregulerende signalen, zult u tijdens het consult het verloop goed moeten bewaken. Schakel over op metacommunicatie als u afdwalingen of haperingen in het consult signaleert.  Benoem wat er gebeurt, toon daar begrip voor, maar geef ook de ongewenste gevolgen aan, zoals niet toekomen aan belangrijkere zaken, en doe een procedurevoorstel om het gespreksverloop te corrigeren.

Uitleg op afstand

In het consult op afstand ontbreekt een groot deel van de non-verbale interactie tussen u en uw patiënt en merkt u minder goed of uw patiënt uw uitleg kan volgen. Daardoor bent u wellicht geneigd om van uw uitleg een monoloog te maken en om in herhalingen te vervallen, wanneer u (ogenschijnlijk) weinig respons krijgt.  In een consult op afstand is het daarom nog meer dan in een regulier consult van belang dat uw patiënt uw uitleg in ‘hapklare brokken’ gepresenteerd krijgt.  Structureer uw uitleg met een inleiding, een opbouw in overzichtelijke gedeelten en een samenvatting. Doseer de informatie die u geeft, en breng een duidelijke markering aan als u in uw uitleg een nieuw onderwerp aansnijdt. Maak uw uitleg ook zo veel mogelijk interactief. Nodig uw patiënt telkens uit om op de afzonderlijke delen in uw uitleg te reageren. Mocht u er ook maar enigszins aan twijfelen of uw uitleg is begrepen, vraag uw patiënt dan om in eigen woorden uw uitleg samen te vatten. U kunt daarna zo nodig aanvullen of corrigeren en uw patiënt blijft bij de ‘les’.

Bij voorlichting op afstand kunt u goed gebruik maken van ondersteunend materiaal. U kunt een tekening of schema voor de camera houden en daarbij met een pen of stift de punten aanwijzen die op dat moment in uw uitleg aan de orde zijn. U kunt ook aan uw patiënt vragen om een website te openen waarop relevante informatie staat. Daarvoor moet de patiënt wel in staat zijn om te werken met een ‘split-screen’, zodat het videocontact niet hoeft te worden verbroken. Om er zeker van te zijn dat uw patiënt tijdens het consult toegang heeft tot de betreffende website kunt u voorafgaande aan het consult een link naar de website e-mailen naar uw patiënt met het verzoek om de website tijdens het consult open te laten staan op de achtergrond. Na het consult kunt u tevens links naar relevante andere websites e‑mailen naar uw patiënt, zodat hij alle informatie nog eens rustig kan doornemen.

Luisteren op afstand

Omdat in een consult op afstand de  non-verbale aanwijzingen over de gevoelens van uw patiënt wegvallen, is het voor u lastig om in te schatten wat er in uw patiënt omgaat. Bovendien, is een consult op afstand niet alleen fysiek, maar ook gevoelsmatig afstandelijker. Hierdoor is uw patiënt waarschijnlijk terughoudender in het tonen van zijn gevoelens. Dat betekent dat u vaker expliciet moet vragen naar de gevoelens en opvattingen van uw patiënt over hetgeen u heeft verteld of voorgesteld. Zeker als u inschat dat uw uitleg of voorstel een teleurstelling betekent of andere emoties oproept, moet u ruimschoots de tijd nemen om door actief te luisteren uw patiënt te helpen deze emoties (enigszins) te verwerken. Zo niet, dan zal zonder dat u dat in de gaten heeft, uw patiënt geen aandacht meer kunnen opbrengen voor uw verdere uitleg.

Overleg op afstand

Zoals aangegeven, heeft de voorlichting aan patiënten heeft steeds meer het karakter gekregen van een overleg tussen min of meer gelijkwaardige partners. Een groot aantal gespreksvormen en -technieken kunnen deel uitmaken van dit overleg, zoals instructies en gerichte adviezen geven, probleemverheldering, counseling, gezamenlijke besluitvorming, motiverende technieken en conflicthantering (Wouda 2014). Bij het overleg op afstand kunnen zowel de fysieke afstand als het wegvallen van veel non-verbale informatie de effectiviteit van deze gespreksvormen en ‑technieken nadelig beïnvloeden. Het zou te ver voeren om deze invloed op alle onderdelen van het overleg en hun mogelijke oplossingen de revue te laten passeren. We volstaan met enkele voorbeelden.

Een goede instructie bevat een praktische demonstratie gevolgd door het zelf uitvoeren van de handeling(en) door de patiënt. De fysieke afstand vereist dat uzelf en de patiënt beiden beschikken over de vereiste materialen, bijvoorbeeld verband- of injectiemateriaal. Bovendien is het lastig om op afstand de patiënt te corrigeren als deze een bepaalde handeling onjuist uitvoert. Bouw daarom uw instructie nog meer dan anders op in kleine stappen met voldoende tijd voor feedback en correctie;

Voor de effectiviteit van uw adviezen is het van belang dat uw adviezen bruikbaar, uitvoerbaar en aanvaardbaar zijn voor uw patiënt. Bij het overleg op afstand kunt u de signalen van twijfel over en bezwaren en weerstand tegen uw adviezen missen. Wees daarop bedacht en bouw voldoende pauzemomenten in waarin u met gerichte vragen nagaat in hoeverre uw patiënt uw adviezen kan en wil uitvoeren.

Als onderdeel van een gezamenlijke besluitvorming is het vaak handig als u samen met uw patiënt alle voor- en nadelen van diverse (behandel)opties op papier zet. In een overleg op afstand kunt u het papier vervangen door een digitaal lijstje dat u beiden in een tekstprogramma op het beeldscherm kunt zien en aanvullen. Deze digitale inventarisatie dient uiteraard technisch mogelijk en voor u beiden ook hanteerbaar te zijn.

Motiverende gespreksvoering en conflicthantering zijn op afstand aanzienlijk lastiger uit te voeren dan in een regulier consult, omdat bij deze gespreksvormen de non-verbale signalen een belangrijke invloed hebben op het gespreksverloop en op de aanvaarding van uw voorstellen.  Door de communicatie op afstand verminderen uw geloofwaardigheid en overtuigingskracht, herkent u minder snel de tekenen van twijfel en weerstand bij uw patiënt en kunt u bij oplopende emoties het gespreksverloop moeilijker bijsturen. Motiverende gespreksvoering en conflicthantering op afstand vragen daarom om extra zorgvuldigheid in procedurele en relationele zin, veel aandacht voor en reflectie van de gevoelens en opvattingen van uw patiënt en fasering. Met fasering bedoelen we dat u stap-voor-stap toewerkt naar een oplossing of afspraak die voor uw patiënt aanvaardbaar en uitvoerbaar is. Zo nodig gebruikt u hiervoor een aantal contacten (op afstand) zodat uw patiënt tussentijds de gelegenheid heeft om uw voorstellen te laten bezinken.

Om te bereiken dat uw patiënt de gemaakte afspraken nakomt en eventuele aanpassingen in zijn leefwijze volhoudt, dient u voldoende steun en houvast te bieden. Bij voorlichting op afstand kunt u dan denken aan digitale gedragsschema’s, websites met aanvullende informatie, websites en contactadressen van lotgenoten en vooral ook aan e-mails o.i.d. van uzelf met belonende, aan- en bemoedigende boodschappen. Schakel tevens de sociale omgeving van de patiënt (digitaal) in om hem te helpen bij het invoeren en volhouden van de aanpassingen in zijn leefwijze.

Tot slot

De voorlichting aan patiënten met digitale hulpmiddelen zoals een videoverbinding, is in de afgelopen jaren sterk ontwikkeld. De coronacrisis en anderhalvemeter maatschappij hebben deze ontwikkeling nog verder gestimuleerd. De voorlichting op afstand kent echter communicatieve beperkingen. In deze bijdrage hebben wij u aan de hand van een voorlichtingsmodel laten zien hoe u bij uw voorlichting op afstand rekening kunt houden met deze beperkingen. Wij hopen dat u onze adviezen hierover kunt gebruiken in uw voorlichting aan patiënten op afstand.

Illustraties: Martin van den Berg

Literatuur

  • Rümke HC. Psychiatrie. Deel I. Amsterdam: Scheltema en Holkema, 1954.
  • Wouda JC, Zandbelt LC, Smets EMA, Van de Wiel HBM. Assessment of physician competency in patient education: reliability and validity of a model-based instrument. Patient Educ Couns 2011;85:92-8
  • Wouda JC, Van de Wiel HBM, Van de Wiel FS. Voorlichting en begeleiding. Van Gorcum, Assen 2014

Download hier het hele artikel

Volgende artikel

Actualiteiten en achtergronden

Technische hulpmiddelen

Bij beeldbellen in de zorg is het belangrijk dat de toepassing voldoet aan wet- en regelgeving en met name aan de AVG, NEN- en ISOnormen voor informatiebeveiliging in de zorg. Er zijn veel toepassingen en overzichten te vinden. Wij beperken ons hier tot wat de KNMG hierover zegt. Voor meer technische informatie over beeldbellen en normeringen en privacy kunt u onderstaande websites raadplegen. KNMG geeft een praktisch overzicht van de kenmerken van 29 toepassingen en algemene aandachtspunten bij beeldbellen met patiënten. Lees meer hierover op de website van de KNMG

Voor meer informatie over de wet – en regelgeving

Slimme Zorg Thuis

Vier belangrijke punten bij het organiseren van digitale zorg op afstand
“De afgelopen maanden heeft een vertegenwoordiging van zorgaanbieders, cliënten, patiënten en leveranciers met expertise op het gebied van Slimme Zorg Thuis gewerkt aan een document waarin kennis en ervaringen zijn gebundeld.” Ga naar Slimme Zorg Thuis voor een volledig overzicht
Op de website van NEN is het kennisdocument te downloaden.
Van dit kennisdocument is ook een samenvatting gemaakt: “Vier belangrijke punten bij het organiseren van digitale zorg op afstand”.

NEN

NEN geeft adviezen over veilig beeldbellen waarbij wordt voldaan aan de wet-en regelgeving.
Voor veilig beeldbellen zijn namelijk drie zaken nodig:  een veilige leverancier, een goede overeenkomst met die leverancier en  aandacht voor de privacy van de patiënt.
Op de website van NEN vindt u uitleg over alle randvoorwaarden voor veilig beeldbellen in de zorg.

Autoriteit Persoonsgegevens

“De Autoriteit Persoonsgegevens (AP) heeft bij 13 veelgebruikte videobel-apps gekeken naar de belangrijkste privacyaspecten. Zoals welke gegevens de app verzamelt, wat de app daarmee doet en of de communicatie beveiligd is.” Ga naar Keuzehulp privacy bij videobel-apps

Volgende artikel

Blood cancer awareness blijft van belang

Wat zeggen de experts?

Hieronder vindt u een overzicht met links naar de websites en webinairs van hemato-oncologische beroepsverenigingen en experts met aanbevelingen, adviezen, leidraden, FAQ, etc. rondom hemato-oncologie en COVID-19.

Websites

    • HOVON
      Leidraad COVID-19 NVvH-HOVON voor de behandeling van patiënten met hemato-oncologie
      “Uitgangspunt van deze leidraad is om hemato-oncologische behandelingen zoveel als mogelijk te initiëren en te continueren conform de ziekte-specifieke behandelrichtlijnen. Zorg wordt alleen uitgesteld als dat kan zonder de overlevingskansen van patiënten te compromitteren of als ingeschat wordt dat immunosuppressieve behandeling de patiënt in gevaar brengt.”
    • ASCO:
      COVID-19 Clinical Oncology Frequently Asked Questions (FAQs)
      “The following answers to questions we received are based on evidence gathered through a PubMed search of the medical literature, a search of relevant websites with information on infectious diseases (CDC, WHO, IDSA, etc.), and input provided by clinical oncologists and infectious disease experts.”
    • ASH: COVID-19 resources
      “In an effort to serve its members, ASH is maintaining this webpage as a medium to exchange information to assist hematologists in navigating the COVID-19 public health crisis.”
    • ASH: COVID-19 and Multiple Myeloma: Frequently Asked Questions
      “Input from Drs. S Vincent Rajkumar, Michele Cavo, Joseph Mikhail, Maria M Mateos, Graham Jackson, Philippe Moreau, Paul Richardson and Binod Dhakal”
    • ESMO COVID-19 FULL COVERAGE
      “The COVID-19 pandemic has brought new challenges to clinical practice and research in oncology. ESMO is reporting on the current situation by news and KOLs experiences, and has gathered useful resources to keep medical oncologists updated.”
    • IMS: Recommendations for the Management of Myeloma Patients During the COVID-19 Pandemic

Webinars

  • IACH Webinar Series: COVID-19 and hematological malignancies: a few practical issues
    Christian Chabannon – Marseille, France; Prof. Mohamad Mohty – Paris, France
    Objectives:
    – to protect highly immunosuppressed patients against COVID-19
    – to maintain a state of the art management of the hematologic disease during this
    pandemia
    – to protect healthcare professionals (HCP)
  • IACH Webinar Series: Management of multiple myeloma during COVID 19
    Mohty – Paris, France; Prof. Mateos – Salamanca, Spain

Volgende artikel

Technische hulpmiddelen

Actualiteiten en achtergronden

o.a: Wat betekent het Coronavirus voor de behandeling van kanker? Subsidie noodregeling SET Covid-19 voor digitale zorg thuis; roadmap voor noodopschaling van virtuele zorg...

Wat betekent het Coronavirus voor de behandeling van kanker?

Op de website van NFK staat een actueel overzicht van de maatregelen die medisch specialisten organisaties samen nemen om ervoor te zorgen dat de risico’s voor de patiënten en de nadelige gevolgen voor de behandeling zo veel mogelijk worden beperkt. Verder is er onder andere een webinar over IC-opname bij coronabesmetting onder patiënten met uitgezaaide kanker, aandacht voor aanpassing van behandelplan, minder ziekenhuisbezoeken, persoonlijke aanpak en een gesprekskaart voor als de levensverwachting korter is dan een jaar. 
Kijk voor een volledig overzicht op de website van NFK 

Subsidie noodregeling SET Covid-19 voor digitale zorg thuis: snel aanvragen

Een per direct aan te vragen subsidie van € 50.000 voor technologische mogelijkheden om snel zorg op afstand te kunnen bieden of om mantelzorgers te ondersteunen bij hun zorgtaken, voor zorg- en welzijnsorganisaties. 24 maart 2020
Ga naar de website van de Rijksoverheid voor meer details

Professor M.P. (Marlies) Schijven van Amsterdam UMC deelt roadmap voor noodopschaling van virtuele zorg

“In times of disease outbreak, social distancing can be facilitated by video consultation, but many practices are not ready to implement this. Here, we share a roadmap for emergency scaling up of virtual care in the outpatient setting.” 14 april 2020
Lees het volledige artikel op nature.com

Zonder vaccin tegen Covid-19 zal jaarlijks een nieuwe golf van besmetting volgen

Onderzoekers van de Harvard T.H. Chan School of Public Health in Boston stellen dat er in de komende jaren rekening moet worden gehouden met langdurige perioden van social distancing en dat ziekenhuizen hun capaciteit het best definitief verhoogd houden. 14 april 2020
Ga naar het volledige artikel op Science

Samen zijn op afstand

– Het boekje ter inspiratie en als gesprekshulp
Samen zijn op Afstand is ontstaan tijdens de Dutch Hacking Health – Hack Corona van 27-31 maart 2020. Het boekje is ontwikkeld samen met naasten van coronapatiënten, patiëntvertegenwoordigers, zorgprofessionals en experts in de palliatieve zorg. Het boekje kreeg de Best Human-Centered Award toegekend door een vakjury, die onder leiding stond van Erik Gerritsen van het ministerie van VWS.
“Het boekje kan worden gebruikt om in gesprek te komen en in contact te blijven. De tips, ideeën en invulpagina’s hebben als doel om een gesprek te faciliteren. Veel mensen geven aan dat met elkaar praten nodig is in deze onzekere tijd. Dat blijft echter lastig zonder leidraad. Mag er bijvoorbeeld maar één naaste bij de patiënt op bezoek, dan kan deze het boekje gebruiken om ook andere geliefden op de hoogte houden.” Ga naar de website en download het boekje

Volgende artikel

Best practices

Best practices

Hier vindt u diverse ontwikkelingen en initiatieven vanuit diverse ziekenhuizen. Albert Schweitzer Ziekenhuis; Isala; Gelre ziekenhuizen; NFK

Zorg op afstand staat hoog op de agendahet draagt bij aan efficiency, kostenbesparing en verbetering van de kwaliteit van leven. Telebegeleiding bij patiënten met hartfalen vermindert het aantal heropnames en opnames op de spoedeisende hulp en leidt tot een betere kwaliteit van leven doordat patiënten minder vaak naar het ziekenhuis hoeven en meer controle en onafhankelijkheid ervaren.1 MijnIBDcoach zorgt voor een vermindering van het aantal ziekenhuisopnamen, minder polibezoeken en een betere therapietrouw voor patiënten met een chronische inflammatoire darmaandoening, zoals de ziekte van Crohn.2 

Ook bij diverse ziekenhuizen is oncologische zorg (dichter bij) thuis al onderdeel van reguliere zorg of wordt dit door Corona versneld ingevoerd. Deze zorg varieert van dicht bij huis bloedprikken of urine inleveren, medicatie thuis ontvangen en/of toegediend krijgen, consulten met beeldbellen, e-coaches, apps, etc.  

Bij het Albert Schweitzer Ziekenhuis:

worden sinds eind 2019 patiënten van de afdeling hematologie uitgenodigd voor bloedprikken in een prikpost dichter bij huis, het thuisbezorgd krijgen van medicatie en consulten op afstand door middel van beeldbellen met FaceTalk.
Hematoloog Eva de Jongh: “Het gaat om patiënten met onder meer polycythemia vera, chronische myeloïde of lymfatische leukemie en multipel myeloom, die behandeld worden met medicijnen in tabletvorm en aan een aantal voorwaarden voldoen. In veel gevallen zijn het ofwel oudere mensen die relatief vaak afhankelijk zijn van mantelzorgers, of juist mensen die nog volop deelnemen aan het arbeidsproces. Beide groepen kunnen veel baat hebben bij minder reizen, minder verzuim van werk en school en minder noodzaak tot mantelzorg.” Lees meer hierover op de website van het ASZ

In Isala:

is de pilot vanuit Isala Oncologisch centrum, voor patiënten met een kortdurende niet-complexe systemische behandeling of ondersteunende behandeling thuis, inmiddels omgezet naar reguliere zorg en uitgebreid naar vijf dagen per week.  Voor de immunotherapie aan huis kunnen patiënten met o.a. borstkanker-, longkanker-, hematologie-, melanoom- en niercelkanker in aanmerking komen, als hun omstandigheden het toelaten. Internist-oncoloog Metin Tascilar: “Ons primaire doel met oncologische zorg thuis is het patiënten makkelijker en comfortabeler te maken. Op de langere termijn moet het Isala ook opleveren dat de dagbehandeling minder snel volloopt en er efficiëntere zorg ontstaat.”
Lees het volledige bericht hierover op de website van Isala

Gelre ziekenhuizen:

is al vanaf 2018 gericht op meer ‘zorg naar de patiënt thuis te brengen’. Cathrien Tromp, internist-oncoloog. “Nu zijn we ook gestart met langlopende chemokuren die in 24-46 uur via een continu intraveneus infuus gegeven worden. Dit kan ofwel met een 2 of 3 daagse opname in het ziekenhuis, maar ook thuis met een infuuslijn en een draagbare infuuspomp.”  Lees meer hierover op de website van Gelre
Door Corona is deze ontwikkeling voor een aantal kankerbehandelingen in een stroomversnelling gebracht en is nu begonnen met het ‘buitenshuis’ toedienen van onderhuidse injecties bij minder vitale patiënten met een bloedziekte, zoals mensen met acute leukemie, en bij patiënten met borstkanker.3

Willen kankerpatiënten liever behandeling thuis of in het ziekenhuis?

Deze ontwikkelingen sluiten goed aan bij de wensen van de patiënt. Al in 2018 heeft het NFK onderzocht of kankerpatiënten liever een behandeling thuis of in het ziekenhuis ondergaan. Ruim 50% kiest voor (een deel van) de behandeling thuis. “Ziekenhuizen en zorgverleners die thuisbehandeling aanbieden raden wij aan om goed bij iedere individuele patiënt na te gaan wat zijn of haar behoeftes zijn, en daar de keuze voor behandellocatie op af te stemmen – thuis, in het ziekenhuis of beide. De kosten mogen daarbij wel genoemd worden en aan de patiënt ter overweging meegegeven worden.”
Lees meer over dit onderzoek op de website van NFK

Referenties

  1. https://vliegwielcoalitie.nl/telebegeleiding/
  2. The Lancet Volume 390, Issue 10098, 2–8 September 2017, Pages 959-968
  3. https://www.ad.nl/apeldoorn/corona-geeft-ziekenhuis-in-apeldoorn-en-zutphen-zetje-voor-meer-zorg-buiten-de-deur~a89ed1c1

Volgende artikel

Het virtuele consult